Accepteren, hoe doe je dat?
Boeddha zei, leven is lijden, en dit lijden heeft een oorzaak. Hij zei ook dat het lijden opgeheven kan worden in de eerste van de vier edele waarheden. Maar hoe dan? Dit is een zelfonderzoekje waard.
Ga voordat je verder leest eerst even met je aandacht naar je adem. Tot waar gaat je adem? Kun je doorademen naar je buik? Voel hoe je adem helemaal naar je buik gaat, hoe je buik op en neer beweegt op het ritme van je ademhaling.
Vertraag je adem door je uitademing langer te maken, op te rekken. Doe dit vijf ademhalingen…
Ga nu met je aandacht naar je hartgebied. Ben hierin aanwezig, in dit warme, stille, lichte hartgebied. Blijf hier aanwezig terwijl je verder leest.
Wij hebben bewustzijn en we kunnen denken. Daardoor kunnen we ons zorgen maken en woorden geven aan gevoelens en angsten. Dieren kunnen ook angst ervaren maar zover bekend maken zij zich geen zorgen. Als we angst ervaren slaat onze denker op hol en gaat ermee aan de haal. “Wat nou als…” en “ja maar misschien…” zijn zo van die vragen die gaan malen in ons hoofd.
Het is ons denken dat ons gevangen houdt in gedachten dat geluk niet voor ons is weggelegd, dat een leven zonder de angst voor verlies van wat dan ook niet bestaat. Het kan zelfs verslavend werken en dan ontstaat misschien zelfs de angst om de angst los te laten. Je zou zomaar niets meer te piekeren hebben.
Ongeveer vanaf je 3e levensjaar ontstaan de eerste bewuste ervaringen van angst. Dit gaat gelijk op met de identificatie van je persoonlijke “ik”. Jij kan in één keer ontdekken dat je iets fout doet, de liefde en aandacht van je ouders kan verliezen, er niet meer bij zou kunnen horen. Vanuit de oudheid een reële angst want als je uit je stam werd verstoten overleefde je het vaak niet. Al eerder in je korte leventje heb je jezelf afgewezen en in de steek gelaten gevoeld toen je in je bedje niet kon slapen, een nare droom had of toen je je papa of mama kwijt was omdat ze uit het zicht waren. Je kon er toen nog geen woorden aan geven en maakte deze gevoelens ook niet tot iets persoonlijks omdat jij nog niet geïdentificeerd was met de jij als persoon. Je trok wel beeldconclusies die opgeslagen zijn in je celgeheugen, je water.
De universele angst die in deze eerste jaren van je leven vorm krijgt is de oerangst voor afwijzing. Een wond die iedereen heeft, waar al je overlevingsstrategieën en gedragspatronen op gebaseerd zijn.
Deze angst wordt ingewikkeld in gedrag en overtuigingen als overlevingsmechanismes om deze emotie niet meer te hoeven voelen. Zo ontstaat je pantser. En hierop bouw je door.
Hoe dit verder gaat is erg afhankelijk van de omstandigheden waarin jij opgroeit. Ook jouw ouders hebben dezelfde oerangst en ingewikkeldheid. Veel mechanismes worden doorgegeven want apen apen apen na. Je ouders zijn je eerste en grootste voorbeeld. Dan zijn er nog cultuur en maatschappelijke aspecten die bijdragen aan de vorming van jouw persoonlijkheid. Kortom, voordat je bent waar je nu bent is er heel wat ingewikkeldheid onstaan. Er is met je denken geen beginnen aan om te ontdekken hoe jouw angst getriggert wordt. Bovendien helpt relativeren slechts tijdelijk als dit al zou lukken.
Ontdek wat er gebeurt als je regelmatig even stopt met alles. Je aandacht naar binnen richt in plaats van altijd maar de afleiding buiten jezelf te zoeken. Adem, richt je aandacht naar binnen in je lichaam. Stop even met alles en ben helemaal aanwezig. Aanwezig in dit moment, aanwezig in je lichaam. In deze stille en open ruimte ontmoeten we onze zorgen en angsten. Ont-moeten ofwel we halen er alle verkramping vanaf door het er gewoon te laten zijn. Vanuit open bewustzijn. Sta alles wat opkomt toe, je hoeft het niet fijn te vinden. Je hart is open om alles te ontvangen wat er aanwezig is. Erken je angst, voel in je lichaam wat het met je doet. Hoe simpel is dit, gewoon met je lichaam voelen wat je voelt. Als je je aandacht in je lichaam houdt vertraag je, je ademt als vanzelf rustiger. Hierdoor zal je niet zomaar overweldigd worden door wat je voelt, je angsten, verdriet, pijn. Door hierbij aanwezig te blijven, je gevoelens hun gang te laten gaan, kun je gaan ervaren dat er een ondergrond van liefdevolle stilte is, een accepteren van wat er is, een “niets ervan vinden” ervaring.
Op een dieper niveau ontstaat er een vertrouwen, of eigenlijk komt dit vertrouwen naar boven. Het is een oervertrouwen dat het altijd weer “goed komt”. Dit oervertrouwen is de onderstroom die ruimte maakt voor mogelijkheden, voor verandering en transformatie.
Sta het leven toe te zijn zoals het is.
Je hart opent zich en glimlacht naar je angst, naar je pijn. Geen ontkenning meer maar aanwezig zijn. Ademend. En ineens is er ook ruimte om de schoonheid van het leven te zien. Ruimte voor de oneindige hoeveelheid mogelijkheden. Maar bovenal is er ruimte voor ontspanning.
Door dit regelmatig te doen, of eigenlijk door regelmatig even alles te laten, en te zijn met wat er is in dat moment, transformeert je onvolwassen ik-gerichte identificatie naar het oneindige, universele liefdesbewustzijn wat je werkelijk bent. Waarin alles omarmt wordt, waarin alles opgenomen en gedragen wordt door Universele Liefde. Elke keer weer.
Dit contempleren, want zo noemen we dit, kan overal en tijdens elke activiteit plaatsvinden. Tijdens het fietsen, het stofzuigen of strijken, tijdens het wandelen of gewoon wanneer je jezelf even terugtrekt en gaat zitten. Neem de tijd want daarvan is genoeg.